Ik merk dat overheden bij het in behandeling nemen van de Woo-verzoeken snel een te juridische houding aannemen. De Woo schrijft voor dat iedereen informatie kan opvragen bij een overheidsorganisatie, maar dat het niet nodig is om aan te geven waarom iemand die informatie wil hebben: een verzoeker hoeft geen “belang te stellen”.
De vrijstelling van de verplichting belang te stellen wordt soms vertaald als: iemand hoeft niet aan te geven waarom de informatie nodig is en daarom mag ik er ook niet naar vragen. En als ik er niet naar mag vragen heeft een gesprek eigenlijk weinig zin. De informatie wordt vervolgens zo goed en zo kwaad als het gaat bij elkaar gezocht en vervolgens worden de (soms aanzienlijke hoeveelheden) documenten verzonden.
Als niet duidelijk is welke informatie iemand precies nodig heeft en waarom, blijft het toch een beetje een schot hagel. Zonde van de tijd en het papier!
Het proces gaat veel sneller als er overleg is met de verzoeker. Iemand hoeft geen belang te stellen, maar de meeste mensen zullen absoluut geen bezwaar hebben om samen met de behandelaar van hun verzoek te bespreken hoe op de beste manier kan worden voldaan aan hun verzoek om informatie.
Niet iedereen weet wat hij of zij niet weet en kan daar vaak hulp bij gebruiken. Op deze manier worden termijnen gehaald en onnodige procedures, irritaties en pakken papier voorkomen.
Het voeren van gesprekken is te leren en het trainen in vaardigheden kan helpen om bel-angst te overwinnen. Aan leidinggevenden de schone taak om te zorgen voor een werkomgeving waar het voeren van gesprekken wordt gewaardeerd en waarin het juridische niet belangrijker wordt gemaakt dan er door middel van een goed gesprek uitkomen met elkaar.
Zie voor meer informatie dit artikel
https://www.volkskrant.nl/cs-b6e9a0ce/